In de kennis- en leerateliers van C4Youth zitten mensen uit het werkveld, uit verschillende organisaties en sectoren. Graag stellen we je voor aan iemand die deelneemt aan het atelier ‘Samenhang in preventie en hulpverlening’. Lonneke Schuringa, werkzaam bij de gemeente Groningen, pleit voor maatwerk in de jeugdhulp. Benieuwd naar ins en outs over het Doorbraaknetwerk van de Gemeente Groningen? Lees dan snel verder!
Van Stapelingsproject Sociaal Domein naar Doorbraaknetwerk
Lonneke werkt bij de gemeente Groningen als Ontwikkelmanager en is ook betrokken bij de Transformatieagenda jeugdhulp in de provincie Groningen. Zij ondersteunde de projectleiders bij het opzetten van het project Stapeling Sociaal Domein. Nu dit is afgerond, is het een standaard werkwijze geworden die wordt uitgevoerd vanuit het zogenaamde Doorbraaknetwerk.
Samenwerken en leren is de rode draad in Lonneke’s werk.
“Het Stapelingsproject was een van de projecten waar wij vanuit de Transformatieagenda Jeugdhulp bij betrokken waren. We focusten op twee richtingen:
- Zo positief mogelijk opgroeien en focus op talent ontwikkeling.
- Veilig en zo thuis mogelijk opgroeien.”
Samen leren met de Doorbraakmethode
De resultaten uit het Stapelingsproject werden onder de loep genomen. Welke lessen leer je van elkaar en hoe kun je de samenwerking verbeteren?
“Wat ik zo boeiend en er mooi aan vind, is dat leren van elkaar altijd iets te maken heeft met samen en samenwerking.”
Er is altijd een samenwerking tussen sociale teams en gemeentes, externe partners, jeugdhulp en onderwijs. Als iets niet lukt, is de enige manier om op te schalen, samen op schalen. Je hebt een gezamenlijke verantwoordelijkheid om dat op te lossen. Je vindt allebei dat het niet goed gaat.
Volgens Lonneke werkt het als een trein. ‘Wat je met elkaar hebt bedacht als nieuwe oplossing, kun je inbedden in je organisatie.’ Hoe zorg je er vervolgens voor dat de werkzame factoren uit het project, worden overgedragen naar andere gemeentes, projecten of interventies?
Lonneke, naar eigen zeggen een beleidsmens, geeft aan dat je als beleidsmedewerker geneigd bent om ‘op papier’ iets te verzinnen. Terwijl het juist belangrijk is om vanuit de praktijk te leren. ”Vanachter je bureau kun je van alles verzinnen om problemen op te lossen, maar in de praktijk werkt het toch altijd anders.”
Belang van jeugdigen voorop
De transformatiemeetlat, die is vastgesteld door alle Groninger gemeentes, is een vertaling van de uitgangspunten van de jeugdwet. Op deze meetlat staat bovenaan dat het belang van jeugdigen voorop staat. Lonneke: “Als je altijd in de basis uitgaat van het belang van de jeugdigen dan kun je niet anders dan vraaggericht werken, in plaats van aanbodgericht. Het blijft ingewikkeld voor professionals om dit ook echt daadwerkelijk te doen.”
“Het is ingewikkeld”, aldus Lonneke, “dat heeft verschillende oorzaken:
- De realiteit van een professional is ‘het systeem’, een procesmatige realiteit. Voor het kind en de ouders is het altijd de eigen leefwereld.
- Het sociaal domein en de zorg is opgedeeld in stukjes. Alsof het een productieproces is. Maar een auto in elkaar zetten is wat anders dan een kind weer op de rit krijgen. Wat je ziet in de praktijk van de jeugdhulpverlening is dat iedereen een stukje doet. Als je je stukje gedaan hebt, dan kan het kind een hokje verder, dan gaat er weer iemand anders mee verder. De optelsom van het werk van alle professionals zou dan de totaaloplossing moeten zijn. Alleen is het niet volgordelijk zoals bij die auto. Alle betrokken professionals zullen afzonderlijk hun stukje werk goed hebben gedaan. Alleen wil dat niet zeggen dat het dan opgeteld goed voor elkaar is gekomen voor het kind. Je zult moeten samenwerken en ook samen leren.
- Het samenwerken en -leren is ook ingewikkeld want iedereen werkt vanuit zijn eigen organisatie met een eigen opdracht. In de basis wil iedereen wel hetzelfde maar die opdrachten zitten elkaar in de weg. Veel is financieel gestuurd, dat zijn feitelijk negatieve prikkels.
- Het gezin als uitgangspunt nemen vergt een andere manier van denken en kijken. Daarom is het zo belangrijk om het gezin te betrekken als je een ondersteuningsplan maakt. Doe je dat samen met het gezin, dan is de kans groter dat mensen erachter staan.
- We zien het kind en de ouders vaak niet als samenwerkingspartners, terwijl ze wel gelijkwaardige partners zijn. De betrokkenheid van ouders en kind is net zo’n voorwaarde als de financiële en juridische haalbaarheid van de maatwerkoplossing.
Als je op zo’n manier werkt, lever je niet alleen beter werk af voor ouders en kind, maar het wordt ook veel leuker om je werk te doen als professional. Je ziet dat je meer resultaat hebt van je werk en je hebt op een veel betere manier samengewerkt. Je werk wordt er niet alleen leuker van, het blijkt ook veel goedkoper! “
De Doorbraakmethode opent deuren
Met de Doorbraakmethode worden ‘heilige huisjes’ omver gebracht. Werkprocessen, beleid, samenwerkingsafspraken, alles komt in beweging en wordt aangepast. Lonneke: “Als je dat hebt aangepast, heb je niet alleen dat specifiek voor het gezin/kind gewonnen. Alle mensen die daarna met soortgelijke problemen komen, profiteren ervan. Dat is waar het om gaat.
In zo’n lerende organisatie overstijg je het werken op persoonsniveau. Het maakt het werk veel bevredigender. Op deze manier krijgen individuele professionals veel meer voor elkaar. Daarna is het ook niet meer zo spannend om hetzelfde in een ander geval ook toe te passen. Dit krijg je alleen voor elkaar als je het gezamenlijk doet. Het is voor iedereen leuker.”
Doorbraaknetwerk in de hele provincie Groningen?
Lonneke hoopt dat de Doorbraakmethode ook gebruikt gaat worden bij andere Groningse gemeenten. ‘Er is een motie aangenomen dat iedere gemeente kijkt of ze al een goede manier hebben om maatwerk te leveren. Het Doorbraaknetwerk Groningen helpt je als jouw organisatie nog niet voldoende maatwerk kan leveren.
Bij kleinere gemeentes is samenwerken vaak al een stuk makkelijker. Een maatwerkoplossing bedenken is vaak nog niet zo ingewikkeld, maar hem legitimeren en verantwoorden is een moeizaam proces. Met de doorbraakmethode hoef je de uitvoering niet meer iedere keer te bevechten. Het geeft een impuls aan samenwerking.”
Een investering in kwaliteit…
Op deze manier werken vraagt om een investering. Medewerkers worden getraind in de IPW-methodiek. Daarnaast is er een team op tactisch en strategisch niveau, waarin de maatwerkoplossingen worden besproken. “Er komen andere werkprocessen en andere kaders zodat de mensen in de uitvoering goed hun werk kunnen doen.
Iedere twee weken worden alle maatwerkcanvassen besproken op lerende dingen, die we moeten aanpassen in de rest van de organisatie. Juristen, contractering, indicaties, inkomstenondersteuning, andere afspraken met onderwijspartners. De vraag van het gezin is altijd het uitgangspunt, op alle niveaus binnen een organisatie.”
…levert geld op
De dienstverlening voor gezinnen met een meervoudige ondersteuningsvraag, beter, effectiever en efficiënter maken. Voor de 89 gezinnen die een maatwerkoplossing hebben gekregen is in totaal een besparing van 1.6 miljoen euro gerealiseerd. “Dit was niet gewoon een bezuinigingsopdracht. Omdat je je werk beter doet, is een van de effecten dat je ook bezuinigd. De kwaliteit staat voorop en dan volgt de bezuiniging. Voor de gemeente als financier, voor de professionals en voor het gezin, voor iedereen is het beter.”
Lonneke waarom ze deelneemt aan het atelier.
“Ik vind het heel mooi dat C4Youth een leer- werkatelier is. Het een kan niet zonder het andere. Wat ik uniek vind aan C4Youth is de nadrukkelijke gelijkwaardigheid van de expertise van de ervaringsdeskundige. Zonder dat ben je als professionals in een rondje aan het praten. Dat maakt het bij het atelier wel anders dan op andere plekken.”
De inhoud van het atelier spreekt haar ook aan, als ouder met een kind die zorg nodig heeft, weet ze als geen ander hoe belangrijk een goede samenwerking is tussen school en zorg. “Sommige kinderen hebben meer nodig dan alleen hun leerkracht. Goede samenwerking met jeugdhulp is een voorwaarde om onderwijs te laten slagen. Die samenwerking moet uit de kunst zijn. Passend onderwijs gaat per definitie over samenwerking en afstemming.”
Lonneke geeft graag het stokje voor dit interview door aan Erik de Graaf van Samenwerkingsverband VO Groningen. Want hoe ziet het Samenwerkingsverband de samenwerking vanuit jeugdzorg en de scholen? Dat lees je in de volgende C4Youth nieuwsbrief.